Corona en werk: De situatie voor jongeren

Covid-19 heeft veel stilgezet. Hoe is de werksituatie nu voor jongeren? Henk Grevink is 21 jaar en werkt bij de McDonalds in Nijverdal. Daar is hij crew-trainer en daarnaast zoekt hij naar een opleiding. 

“Hoe is de situatie bij de McDonalds?” 

Henk: “Hectisch. Heel hectisch. Het is echt chaos, vanaf de eerste dag al. Toen moesten we bijna dicht en we waren constant persconferenties aan het kijken met het personeel. We moesten mensen afbellen, kijken hoe we om zouden gaan met de situatie, afstand houden van elkaar, je kent het wel. 

“Uiteindelijk bleven jullie wel open?” 

Henk: “Ja ja ja, het werk ging uiteindelijk door. Het restaurant is dicht maar de drive blijft draaien. Je houdt afstand van elkaar en je bent een beetje ingesloten in je eigen ruimte.” 

Jop Freie is 23 en hij werkt tijdelijk bij een fabriek. Tot voor kort was hij werkzaam bij Preston Palace in Almelo. Hij volgde hier een opleiding tot floormanager. Toen de corona-crisis uitbrak werd hij samen met 500 andere collega’s op straat gezet. 

“Hoe werd je hierover geïnformeerd?” 

Jop: “Nou, ze hebben mij wel netjes opgebeld en langs laten komen. Als de situatie voorbij is mag ik eventueel weer terugkomen.” 

“Henk, jij bent nu nog aan het werk bij de McDonalds, hoe voel jij je bij die situatie? Voel je je veilig daar?” 

Henk: “Bij de Mac is alles strak geregeld! Dat moet ook wel met zo’n bedrijf. Ik was er eerst sceptisch over. Dat is inmiddels wel veranderd nu het zo dichtbij komt, maar ik voel me bij de Mac wel ‘safe’.” 

“Je was er sceptisch over? De corona-situatie bedoel je?” 

Henk: “Ja deels, niet helemaal. Natuurlijk, het is wel gevaarlijk, maar aan de andere kant dacht ik wel bij mezelf dat ik gewoon mijn ding wil blijven doen. Ik wil wel gewoon kunnen blijven werken!” 

Jop: “Ik heb precies hetzelfde! Ik wil ook gewoon blijven werken. Eerst was ik van plan om in de WW te gaan, maar ik heb toch via via een baan kunnen vinden.” 

Ondertussen gaat de bel. Henk en Jop zitten bij Jop in de woonkamer en een andere vriend komt binnenlopen. Ergens wel opmerkelijk. Ik vraag me af hoe ze er over denken dat ze nog steeds met vrienden bij elkaar komen. Nadat Jop de deur open heeft gedaan verschijnt hij weer aan de lijn. 

Jop: “Waar waren we gebleven?” 

“We hadden het over jouw situatie op dit moment!” 

Jop: “Nouja, ik kan niet stilstaan! Dat vind ik helemaal niks.” 

“Ik snap die gedachtegang wel, je moet toch wat! Hoe houden jullie ritme en hoe blijven jullie stabiel in deze situatie?” 

Henk: “Ik vind dat je gewoon je eigen ding moet blijven doen! Als je dat niet meer kunt, ben je niet meer stabiel…” 

Jop: “Dat is misschien wel zo, maar ik vind wel dat we allemaal rekening moeten houden met de situatie. Iedereen handen wassen, anderhalve meter afstand, dat soort dingen!” 

Henk: “Daar ben ik het dan ook wel weer mee eens.” 

Toch merk ik in dit gesprek dat er ergens wel een meningsverschil zit. Jop lijkt wat voorzichtiger dan Henk. Terwijl Daan, de vriend die net binnenkwam, tussendoor ook wat over het onderwerp te zeggen heeft, onderbreek ik de jongens met de vraag of we het toch even centraal kunnen houden. Ether-discipline, zoals Ellie Lust ooit zei. Ik hervat het interview met de vraag: “Hoe ziet een dag eruit wanneer jullie niet aan het werk zijn?” 

Henk: “Als ik vrij ben doe ik wel mijn eigen ding. Ik ga niet meer met het openbaar vervoer, maar dat deed ik sowieso al niet veel. Ik ga zoveel mogelijk met de fiets, maar ik ga wel gewoon naar Jop enzo.” 

“Je zoekt nog wel vrienden op?” 

Henk: “Ja dat wel! Maar ik ga niet meer met grote groepen zitten vanwege het virus, je weet maar nooit namelijk!” 

Jop onderbreekt: “Stefan komt nu ook binnenwandelen!” 

Ik zie de ironie van de situatie wel in. Lachend zet ik Henk op scherp. “Dat is al meer dan drie personen, Henk!” 

De jongens lachen. Na wat rumoer en chaos probeert Jop het te verklaren: “Weet je wat het is? Ik weet wie wat doet zeg maar. Stefan zit bijvoorbeeld veel thuis en bezoekt ook alleen de mensen bij wie dat verantwoordelijk voelt. Dus ik ga er ergens wel van uit dat een Stefan of een Henk geen corona heeft, want verder doen we toch niks. We zien alleen elkaar. Ik ga niet naar mijn opa en oma, maar ook niet naar mijn moeder. Dat weten ze ook van mij!” 

 “Maar Henk, jij woont nog gewoon thuis bij je ouders. Hoe is de situatie daar?” 

Henk: “Mijn vader is verkoper, dus dat ligt nu allemaal stil. Mijn moeder werkt in de zorg…” 

“Als je moeder in de zorg werkt, maak je je dan geen zorgen over dat je zelf veel onderweg bent?” 

Henk: “Ik hou wel meer afstand, maar verder denk ik daar niet bij na. Het is mijn moeder, kom op, daar ga je toch niet met een boogje omheen lopen?” 

Jop: “Ja ik wel! Ik ga daar niet eens naartoe.” 

Henk: “Maar ik zit thuis, ik zie mijn moeder elke dag! Dus ik weet niet, ik ben jong, dus ik maak me niet zoveel zorgen. Maar als mijn moeder het eenmaal heeft, dan moet zij zich meer zorgen maken dan ik denk ik.” 

Ik merk dat er ergens langzaam een kwartje begint te vallen. Er klinkt wat meer twijfel in zijn stem, en Jop onderbreekt hem: “Ja, maar dan moet jij je toch zorgen maken dat jij het niet aan haar geeft? Ik denk dat een klein beetje bezorgdheid juist wel goed is!” 

Henk: “Ja, ik weet niet… Tja… Ja, daar heb je wel gelijk in…” 

“Dus je zou wel kunnen zeggen dat er dingen zijn waarvan je zegt ‘Hey, daar moet ik even over nadenken…’?” 

Henk schiet in de lach en als de eerlijkheid zelve geeft hij toe: “Ja, dat is wel zo! Maar dat heb ik wel vaker!” 

Ik laat hem weten dat ik zijn eerlijkheid kan waarderen! Jonge mensen willen ook jong zijn, en het is niet makkelijk om opeens alles aan te moeten passen. Ik had er zelf ook eerst onwijs veel moeite mee, tot het dichterbij kwam. In zo’n geval is het extra bijzonder wanneer je toe durft te geven dat je standpunt niet helemaal juist was. Het is een kwestie van een knop omzetten en er gewoon mee leren leven. En beter dat voor een paar maanden, dan nog een jaar doorsukkelen met halve maatregelen. Daar zijn we het uiteindelijk allemaal over eens. 

Om het gesprek af te ronden hebben we het nog even over hiphop. Nu we het erover eens zijn dat het corona-virus iets is om serieus te nemen, hoeft niet alles meer over corona te gaan.  

Henk: “Ik luister de laatste tijd echt veel naar Russ! Zijn lyrics zijn sterk en hij verteld een verhaal. Daarnaast gebruikt hij veel woordspelingen en niet iedereen kan dat zoals hij dat doet! En de beats zijn goed natuurlijk!” 

Jop: “Kijk naar buiten man! Het is weer lekker weer! Dus de depressieve liedjes zijn voorbij en de vrolijke liedjes komen weer. Dus ik raad aan om sowieso Baby Boys te checken! Ze hebben een geweldig album gedropped!” 

En is er ook een artiest waar ze het allebei over eens zijn? 

Henk: “Josbros sowieso!” 

Jop sluit zich daarbij: “Maar daarnaast kan Anbugang voor mij echt niet ontbreken. Er is genoeg om te checken man!” 

Ik ben van mening dat je af en toe best wel even de rest van de wereld mag vergeten. Vrienden ontmoeten is misschien wat discutabel, maar muziek is hier een geweldig medium voor! Even vluchten geeft je soms de energie om weer met volle kracht te strijden tegen de problematiek van onze tijd! Maar steek je kop dan wel in het zand op anderhalve meter afstand van een ander! Het zou me niks verbazen als Henk en Jop na afloop van het interview iets verder van elkaar af zijn gaan zitten!