“Hier moeten we meer mee doen, want één ding is echt belangrijk: jongeren moeten elkaar blijven ontmoeten”. Het is donderdagmiddag en in de kleine studio van het Floreshuys in Zwolle lijkt wethouder Michiel van Willigen zichtbaar opgetogen en apetrots. Deze middag heeft hij meegedaan aan een spelshow, bedacht en georganiseerd door studenten journalistiek van Hogeschool Windesheim. Twee teams streden tegen elkaar in een soort mix van het spel levensweg en de slimste mens. En Michiel van Willigen schitterde als een vriendelijke Maarten van Rossem. Dat hij meedeed is niet zomaar, want Van Willigen barst van de energie en heeft grenzeloze ambitie om Zwolse jongeren optimaal te laten participeren.
Koudwatervrees
Jongerenparticipatie klinkt als een mooi doel, echter hoe verwezenlijk je zoiets? Bij uitstek zijn het jongeren die behoefte hebben aan contact met leeftijdsgenoten. Tegelijkertijd zien we, zegt wethouder van Willigen, dat zij moeite hebben om te pionieren en daarmee de eerste stap te zetten. Liever haken zij, denkt hij, aan bij een bestaand initiatief. Dit zorgt voor minder koudwatervrees. Dat het juist in deze tijd belangrijk is iets voor, maar ook met jongeren te ondernemen, zeggen ook deskundigen. “Corona heeft het jeugdbeleid in Nederland extra op de voorgrond geplaatst”, zegt Ans van de Maat, directievoorzitter van het Nederlandse Jeugdinstituut op 12 januari jl. op de site van het NJI.
Jongerenraad
Voor jongeren die zich graag actief bekommeren over wat er binnen de politiek reilt en zeilt is er de Zwolse jongerenraad. Het onder de aandacht brengen van dit onafhankelijke adviesorgaan staat hoog op het prioriteitenlijstje van het college B&W te Zwolle, zegt wethouder van Willigen. Hij merk dat de belangstelling tegenvalt. Een gemiste kans volgens hem. Beleid maken dat gaat over jongeren doet het gemeentebestuur het liefst in samenspraak met die jongeren. Zodra er meer animo is vanuit bijvoorbeeld de Zwolse jongerenraad kan er volgens de wethouder op meer beleidsterreinen meegedacht worden en wordt de slagkracht om invloed uit te oefenen groter. “Zo komen er nu al voorstellen op het gebied van onderwijs en vrije tijd, misschien kunnen we in de toekomst (mentale) gezondheid en ruimtelijke ordening laten verworden tot thema’s waar de jongeren de degens kruisen met de raad.”
Deurbel
Die geestelijk vader Bart Demmers is werkzaam bij Travers welzijn als jongerencoach. Hij stelt dat het heel belangrijk is dat er naar jongeren geluisterd wordt. Nu blijkt het volgens hem telkens weer erg lastig om jongerenparticipatie van de grond te laten te laten komen. “De wethouder meent dat het staat en valt met de initiatieven die jongeren zelf aandragen. Nou, ik vind het eigenlijk een samenspel. Als jongeren heel veel kansen krijgen en gehoord worden komen er meer initiatieven. Wanneer er initiatieven van jongeren snel opgevolgd en ondersteunend worden komen er ook meer initiatieven. Het aanjagen met mooie initiatieven is belangrijk, maar het wordt interessant als het incidentele een structureel karakter krijgt”. Demmers probeert als coach van de jongerenraad bij te dragen aan een vaste aanwas mobiliseren, motiveren en faciliteren. “Het geld is er, dat is niet het probleem. Nee, de uitdaging is het continu maken. We willen jongeren invloed geven op alle zaken die jongeren aangaan. Bart Demmers is erg tevreden over het contact met wethouder van Willigen, maar zegt dat het binnen de rest van de gemeente is het lastig en vrij ingewikkeld is om het contact goed te onderhouden. Beleidsmedewerkers en ambtenaren vinden dit volgens hem lastig. Het verloopt daarna, zegt de jongerenwerker, vaak stroperig en resulteert in een jongere die na het geven van zijn of haar visie/mening over de situatie met vragen achterblijft. “Zo kan de gemeente wel bottom-up blijven wensen, maar daar moet dan ook naar geacteerd worden. Nu merk je in de realiteit dat het gemeentehuis geen deurbel heeft.”
Wethouder jeugdzaken Michiel van Willigen wil deze handschoen graag oppakken. “De aansluiting moet beter tussen gemeentepolitiek en jongeren, jullie zijn belangrijk maar weten vaak de weg naar de gemeente niet te vinden. Ik heb vandaag willen meegeven dat jullie welkom zijn. Maak jezelf zichtbaar, kom vooral met voorstellen. Je mag er niet zijn, je moet er zelfs zijn! Neem de vraag, welke stad zou jij over 20 jaar willen zien als jongere van nu? Laat het de wethouder weten”.