Het leven van een galeriehouder

Na lang weggeweest is Berbara Schut weer terug in haar geboorteregio de Bollenstreek. Samen met haar partner Gonzalo Mandian heeft ze nu in Lisse een galerie genaamd ‘Work in Progress’. Er hangen veel werken van verschillende kunstenaars, maar ze vullen de galerie het meest zelf. Schut en Mandian maken abstracte schilderijen waarin er drie kleuren centraal staan: zwart, wit en goud, al wordt hier en daar het goud verruilt voor een ander tintje. De schilderijen ogen echter niet zwart-wit – het zijn vaak kleurrijke en imposante werken. De galerie zelf is een interactieve en vriendelijke omgeving. Centraal staat een werktafel, zodat bezoekers kunnen zien door wie en hoe de kunst gemaakt wordt. Het komt ook vaak voor dat er mensen blijven hangen om te socializen.

Nadat Schut vier jaar op de Balearen heeft gewoond, woont ze nu in Amsterdam. Ze verruilt een hoofdstad voor een vergrijzend bloembollendorp. Maar waarom?

“We zijn hier nieuw, en dat trekt ook veel mensen aan. In Amsterdam bestaat zoiets al en hier niet! Dus dat is goed voor mij; minder concurrentie. Daarnaast ben ik opgegroeid in de Bollenstreek.”

Over haar culturele functie binnen de Lisserse gemeenschap durft ze zelf niet zoveel te zeggen. Ze geeft wel aan doordat er in Lisse vooral kledingwinkels, opticiens en schoenenwinkels zitten, de galerie er snel uitspringt. Naast ‘Work in Progress’ zijn er in het dorp ook wel andere galeries, maar deze zijn veelal gericht op het bloembollenthema. En ook al heeft Berbara tijdens de Keukenhofperiode wel een aantal kleine zelfgemaakte tulpensouvenirs staan, de rest van de werken in de galerie hebben niets met bloemen te maken. Dit moet erg verfrissend zijn, voor klant én kunstenaar.

Berbara was niet altijd al kunstenares. Pas in haar tijd op Ibiza, waar ze haar partner Gonzalo heeft ontmoet, is ze gaan produceren om ook daadwerkelijk te verkopen. Het kunstenaarsteam begon hier kleinschalig: ze verkochten hun werken op hippiemarkten om rond te komen.

“Rondkomen was daar gewoon veel makkelijker.”


Wanneer ze in zich in Nederland vestigden was er een andere verkoopstrategie nodig. Het Mediterrane klimaat leende zich goed voor verkoop op marktjes, maar het Nederlandse niet. Ze hadden een eigen plekje nodig, een galerie. Anti-kraak werd de oplossing. Eerst in Amsterdam, daarna in Lisse.

Hoe romantisch het beeld ook lijkt, het leven als galerie eigenares is niet altijd even makkelijk. Met name de economische instabiliteit is iets waar Berbara mee worstelt. Ze woont samen met haar creatief partner en hun vierjarige zoon in een klein pandje in Amsterdam.

“Ik ben echt opgegroeid met de mindset: je moet een goede studie hebben, heb ik ook gedaan, je moet een goede baan hebben, heb ik ook gehad, en die zeker is er bij mij ook met de paplepel ingegoten. Toen ik daar uitstapte heb ik daar heel veel moeite mee gehad, om die zekerheid niet meer te hebben. Om echt te denken van: aan het eind van de maand moet het weer goedkomen. Dat ging op een gegeven moment goed omdat ik alleen voor mezelf hoefde te zorgen. Toen er een kind kwam kreeg ik er wel weer een beetje last van. Maar nu? Ik vind het moeilijk te omschrijven. Het lukt elke maand nog. Je gaat niet dood, om het even heel hard te zeggen. Als je dat weet, en je doet toch de dingen die je leuk vindt in het leven, dan weegt dat nog altijd zwaarder dan veertig uur op een kantoor zitten waar ik echt ongelukkig ga worden. Dus ja, het is een beetje dealen-met. Het ene moment gaat beter dan het andere moment. Tuurlijk: onzeker is niet fijn, maar je leert het.”

Al is de galerie een succes, het blijft moeilijk om een ruimte te vinden en deze vooral te houden. Ondanks alle leegstaande panden in Lisse wilt de verhuurder haar toch weg hebben. Het is voor Berbara een moeilijk proces, en ze krijgt steeds meer inzicht in waarom er zoveel druk op staat. “De eigenaren van panden krijgen voor leegstand ook geld. Ik denk dat als dit pand leeg staat, dat ze alsnog meer geld krijgen dan wanneer ik erin zit. Dit is het probleem van leegstand in Nederland.”

Iets écht huren is geen optie. Het pand waar de galerie zich nu in bevind is €6000 per maand.

“Ze hebben nogsteeds de arrogantie dat mensen hier nog zoveel geld voor gaan betalen. Amsterdam is zeker duurder, maar Lisse neigt wel naar Haarlemse huurprijzen.”

De winkeldiversiteit in Lisse is laag. Van alle winkelpanden in 184 winkelpanden in centrum Lisse is maar liefst 22% een kledingzaak of schoenenwinkel (waarvan 61% voor vrouwen), 20% horeca (waarvan 22% Italiaans) en staat 7% leeg. Er zijn slechts vier galeries, waarvan twee exclusief gericht op de Bollenstreek. Onlangs heeft naastgelegen gemeente Teylingen een kunst- en cultuurnota vastgesteld. Zal Lisse volgen?

Bron: https://www.bollenstreekomroep.nl/nieuwe-kunst-en-cultuurnota-vastgesteld/


De clichés van de galerie

In ’Work in Progress’ komen geregeld mensen kijken en socializen. Vaak zijn dit zelf ook kunstenaars, zelf-benoemt of niet. Berbara enorm tegemoetkomend, maar de clichés worden erkend. “Als ze binnenkomen en dat je langzamerhand merkt dat ze ook wat maken, dan is het leuk om naar te vragen. Maar als er mensen binnenkomen en zeggen: “hé, wat leuk dit, nou, ik doe dus dit!” En die trekken hun telefoon om al hun werk onder je neus te stoppen? Dan denk ik: ja jeetje! Heb eerste even een gesprek met me. De mensen wiens werken hier staan, daar klikte het ook wel meteen mee. Dan heb ik wel een gunfactor.”

Aan de andere kant waardeert ze het aanbod van iedereen die zijn of haar kunst in de galerie tentoon wilt stellen. Ze vindt het duidelijk moeilijker om haar eigen kunst te verkopen dan andermans.

“Ik kan voor een anderman lullen als brugman, maar mijn eigen kunst? Ik kan het nu wel verkopen, maar ik ben altijd wel weer korting aan het geven.”

Reacties

Your email address will not be published.