Dirigente Merel Harkink leidt samen met pianiste Merel Hubatka het koor ‘Zutphen Zingt Werelds’. Een ambitieuze naam voor een koor, maar de beide Merels maken het helemaal waar. Harkinks passie voor muziek en alles wat daarbij hoort zet ze in om vluchtelingen en Nederlanders met elkaar te verbinden.
Het is een druilerige dinsdagmiddag wanneer we Merel Harkink ontmoeten thuis in Zutphen. Het is buiten koud en nat, maar Merel en haar man ontvangen ons gastvrij. Er wordt direct een hete kop thee gezet, daar knap je van op! Aan de keukentafel in haar kleine keuken vertelt ze enthousiast over het koor en welke ervaringen ze daar heeft opgedaan.
“Na mijn middelbare school heb ik muziektherapie in Amersfoort gestudeerd. Vervolgens ben ik op zoek gegaan naar wat ik nou eigenlijk wilde. Dit omdat ik na het behalen van mijn diploma het gevoel had dat ik nog helemaal niet klaar was om therapeut te zijn. Ik wist namelijk nog niet eens wie ik zelf was.” Na een lange zoektocht is Merel uiteindelijk terecht gekomen in de gehandicaptenzorg. Ze vertelt dat ze dit een lange tijd heeft gedaan, maar uiteindelijk toch iets anders is gaan doen. “Op een gegeven moment werd de werkdruk mij toch iets te veel en heb ik besloten om de pabo te gaan doen. Dat was rond 2000 en in die tijd was de vraag naar leraren net als nu enorm. Toen ik daar klaar mee was kreeg ik direct een baan aangeboden als leerkracht muziek. Dat was onwijs leuk maar het eiste wel enorm veel van mij.” Uiteindelijk besloot Merel om het lesgeven wel verder door te zetten, maar dan thuis in een eigen praktijk. “Dit liep allemaal best goed en er kwamen steeds meer dingen op mijn pad, waaronder een aantal koren.”
Is dat dan ook het begin van het “Zutphen Zingt Werelds” koor?
“Een beetje wel, we zongen al een poosje met een koor onder de naam: “Zing Nederlands Met Mij”, waarbij Merel Hubatka ook betrokken was. Daardoor hadden we allebei al wat ervaring en dat bleef niet onopgemerkt, uiteindelijk werden de andere Merel en ik benaderd om voor het bevrijdingsconcert in Het Concertgebouw op te treden met een koor van vluchtelingen en mensen uit de omgeving Zutphen. Dat was wel een flinke uitdaging, maar dat is gelukkig allemaal goed gegaan.” Vol trots vertelt Merel dat ze voor het grote concert nog een aantal extra optredens hebben kunnen geven. “We hadden het met het hele koor zo gezellig dat de geluiden al opgingen om het koor na 4 mei door te zetten. Met de hulp van een aantal organisaties hebben we dit waar kunnen maken en doen we dit vandaag de dag nog steeds. Het leuke is dat de koorleden veelal hun liederen aandragen, dit maakt het repertoire enorm divers.”
Hoe is de sfeer binnen het koor te beschrijven?
“De sfeer is zo enorm goed, ik mag wel stellen dat het koor voor een hele hoop dierbare momenten heeft gezorgd. De koorleden onderling zijn enorm dik met elkaar.” Merel vertelt dat als het hard staat te regenen er een hele rij auto’s via het AZC naar het koor rijdt, dat zijn de Nederlandse koorleden die de AZC’ers ophalen. “Het is zo mooi dat je mensen uit een AZC, die hier niks kunnen en mogen, tenminste één leuke avond ik de week kan bezorgen.” Ze lacht en vertelt dat ze dan ook bijna nooit op tijd beginnen.
Ik kan mij voorstellen dat jullie vaak afscheid moeten nemen van koorleden.
“Dat klopt, ondertussen hebben we een hele hoop mensen gedag moeten zeggen. Negen van de tien keer is dat ook echt een verdrietig en afschuwelijk afscheid.” Vol frustratie legt Merel uit dat ze het beleid totaal niet snapt. Ze geeft aan dat mensen vaak onaangekondigd worden verplaatst naar een ander AZC en dat het afscheid hun dan zwaar valt. “Ik krijg dikwijls het gevoel dat mensen het niet al te leuk mogen krijgen.”
Heb je er zelf veel contacten aan over gehouden?
“Absoluut, ondanks dat we van een hoop mensen afscheid hebben moeten nemen blijven de contacten wel overeind.” Ze vertelt dat een jonge man die nu in Duitsland asiel heeft, nog regelmatig komt logeren. “Mijn man en ik hebben zelfs een tijdje lang twee Iraanse mensen in huis opgenomen, dat was ook enorm bijzonder.”
Hoe is dat zo gebeurd?
Merel legt uit dat ze lange tijd al hecht contact hadden met een vrouw uit het koor. “Ze was emotioneel erg instabiel en had veel nare dingen meegemaakt. Toen maart 2020 de lockdown werd uitgeroepen, ging haar mentale gezondheid steeds verder achteruit.” Merel vertelt dat de lockdown binnen het AZC voor de vrouw erg lastig was. “Mijn man en ik hebben uiteindelijk besloten om haar en haar broer aan te bieden of ze een tijdje bij ons zouden willen wonen. Ze zijn toen bijna een jaar bij ons geweest, ondertussen gaat het gelukkig al een stuk beter met haar.”
Ik kan mij voorstellen dat als je zo intensief contact hebt met vluchtelingen het soms lastig is om discriminerend gedrag of een andere visie aan te horen.
“Ja dat is zeker lastig, je geeft als asielzoeker echt niet zomaar haard en huis op, vaak zit daar een heel heftig verhaal achter. Ik probeer mensen dan ook die kant van het verhaal te laten inzien, soms zie ik dan gelukkig een blik verzachten.” Merel geeft toe dat er ook mensen zijn die vluchtelingen alleen als zondebok zien. “Ik vind dat getuigen van een bepaalde simpelheid. Ook de manier waarop de politiek soms omgaat met vluchtelingen vind ik verschrikkelijk. Ik snap dat je qua beleid binnen de politiek niet allemaal met de neus dezelfde kant op staat, maar de uitvoering van het beleid vind ik regelrecht inhumaan.”
Heb je mensen in jouw omgeving die met dit soort beleid te maken hebben gehad?
“Absoluut, een man die bij ons in het koor zat, was het na een lang proces gelukt om zijn kinderen naar Nederland te halen.” Merel legt uit dat kinderen die in het kader van gezinshereniging naar Nederland zijn gekomen eerst geregistreerd moeten worden. “Hij moest dus met zijn kinderen naar Ter Apel. Hier ging het al mis, er werd namelijk geen vervoer geregeld. Hij heeft dus met die kleine kinderen een aantal kilometer langs een grote weg moeten lopen.” Gefrustreerd beschrijft Merel de manier waarop ze vervolgens onthaald werden. “Toen ze daar uiteindelijk arriveerden hebben ze daar een hele dag buiten moeten wachten, zonder ook maar iets van een zitplaats, eten of drinken aangeboden te hebben gekregen. Toen hij dat vertelde schaamde ik mij dat ik een Nederlander was.”
Ik begrijp dat je vindt dat we het vluchtelingen wat gemakkelijker moeten maken hier in Nederland, hoe kunnen we dat doen?
“Zoals ik al zei vind ik dat de manier waarop het beleid uitgevoerd wordt echt humaner moet”. Merel legt uit dat in de landen om ons heen vluchtelingen veel meer worden betrokken in de samenleving. “In een aantal andere Europese landen mogen vluchtelingen werken, dat zorgt ervoor dat vluchtelingen veel beter geïntegreerd worden. In Nederland niet. Hun leven staat hier gewoon stil, je kan en mag echt heel weinig.” Merel benoemt het koor. “Het koor is gelukkig iets wat het verblijf van vluchtelingen in AZC’s wat gemakkelijker kan maken. Ik hoop dat meer mensen dit soort dingen zullen oppakken, want het helpt echt.” Als voorbeeld benoemt ze een man die met veel plezier in het koor gezongen heeft. “Hij kwam naar ons toe en zei: ‘door het koor voel ik mij weer gezien, ik voel mij weer mens’ dat ontroerde ons.” Met een glimlach op de lippen zegt Merel: “Het liefst zou ik in elke stad een koor opzetten.”
Aan het eind van het gesprek worden de benodigde foto’s uitgewisseld en de achtergrondinformatie op papier gekrabbeld. Buiten heeft de regen plaatsgemaakt voor de zon. Met een beetje fantasie zou je kunnen zeggen dat zelfs de zon onder de indruk is van de warmte die Merel en haar koor uitstralen.