Danny kwam er tijdens zijn pubertijd achter dat hij homo is, maar het duurde meerdere jaren voordat hij ook uit de kast durfde te komen. “Dat ik uit de kast ben gekomen, dat is ruim dertig jaar geleden. Alleen kan ik dat op twee verschillende manieren een beetje invullen. De eerste keer was het eigenlijk door mijn vader, die daar een vraag over stelde. Ik was bijna 18 en we zaten buiten in de tuin. En op een gegeven moment vroeg mijn vader mij, naar aanleiding van iets dat was gevonden in mijn kamer van: “Maar, hoe zat dat nou precies met je?”.
Maar dat ik écht uit de kast kwam, dat was op de opleiding die ik deed, namelijk ‘agogisch werk’ op het mbo. En daar had je een vak genaamd ‘omgangskunde’. Daarbij zit je elke week met vier klasgenoten in een lokaal en elke week behandel je een aantal onderwerpen. En die werden soms heel persoonlijk. En toen kwam het hoge woord er wel uit. Maar dat waren de eersten waarbij ik dus echt uit de kast kwam.”
Pas aan het begin van de 21e eeuw maakte medicijnen die de effecten van HIV remmen een opmars. Daarvoor heerste er veel angst om het te krijgen, ook in de gayscene. Iets waar Danny ook bang voor was. “Het was eerste wat mijn vader altijd zei was: ja, als je maar oppast en als je het maar veilig doet, want Aids is er. Maar ja, niemand wist toen al precies waardoor je HIV kon krijgen. Mensen dachten dat je het zelfs kreeg als je op een wc-bril ging zitten waarop iemand met HIV had gezeten. En je kan niet aan iemands neus zien of hij Aids heeft.
Maar toen ik zelf de spannende kant ging ontdekken, toen was ik daar wel bang voor. En het was ook een angst die je in de hele gayscene merkte.
Je had in die tijd ook allemaal voorlichtingscampagnes op televisie, zoals Postbus 51. Dat had alleen als naar bijeffect dat je al een beetje bang werd gemaakt voordat je iets had gedaan.
De gayscene van vandaag de dag lijkt grotendeels niet meer op de gayscene uit de jaren’ 90. Vroeger bestond het vooral uit homo’s en lesbiennes, maar je ziet dat nu andere seksuele uitingen en gender identiteiten, zoals biseksuelen transgenders, een grotere rol binnen de gayscene hebben gekregen. Ook Danny ziet dit terug.
“Het is nu veel kleurrijker en ‘laat je maar zien’. Ik weet niet of er een verschil is tussen uit de kast komen zoals ik dat heb ervaren, of dat de jongeren tegenwoordig een stuk zekerder van zichzelf zijn. Zo van: nou, ik ben zoals ik ben en zo ben ik. Waardoor je elkaar denk ik ook sneller opzoekt. Terwijl ik vroeger niemand in mijn omgeving kende die zich ook zoals ik voelde.
Er zit ook niet meer zo’n taboesfeer op. Op tv zie je nu ook veel dingen over Pride, wat in mijn tijd niet zo was.
Maar een ding blijft altijd en dat is homofobie. En dat zit hem volgens mij een beetje in het kortzichtige van mensen. Heel veel mensen denken meteen: Oh twee mannen, gadverdamme, ieuw, dat hoef ik niet te zien. Ze denken al meteen aan de seks. Maar als twee homomannen verliefd zijn op elkaar, dan is dat echt liefde. Je bent echt niet de hele dag met seks bezig, er zit veel meer achter. Ik zei ook altijd: ik ben meer dan dat ik alleen maar homo ben.”