Stijn BlokhuisDe 37-jarige Sjouke van K. is afgelopen woensdag 28 mei veroordeeld tot 240 uur taakstraf en een voorwaardelijke rijontzegging van een jaar voor het veroorzaken van een dodelijk ongeval op de A27 bij Almere. Dit ongeval vond plaats op 1 maart vorig jaar. De rechtbank zegt uit te gaan van onvoorzichtig en onoplettend rijgedrag, niet van roekeloosheid.
De zitting was twee weken eerder, op woensdag 14 mei. Daar verklaarde K. dat de gebeurtenis hem aan het hart gaat. “Ik vind het verschrikkelijk wat er is gebeurd, ik ben er zelf ook kapot van.” Ook gaf K. toe dat hij tijdens zijn rit wel degelijk op zijn telefoon zat. “Ik heb een bericht geschreven, dat kan ik niet ontkennen.” Hij verklaarde tegenover de rechter dat het hem spijt, maar dat hij het helaas niet kan terugdraaien. Het OM stelt dat K. kort voor de aanrijding op zijn telefoon zat, waardoor hij het ongeluk enkele kilometers voor hem niet had opgemerkt. Hij zou onder meer op Facebook en WhatsApp hebben gezeten tijdens de rit, waardoor hij volgens het OM was afgeleid. De officier van justitie noemde dit ‘roekeloos rijgedrag’.
Het slachtoffer was voor de fatale aanrijding achter op een andere vrachtauto gereden en was uit zijn auto gestapt. Ongeveer een minuut later werd het slachtoffer aangereden door de vrachtwagen van de verdachte, die eerst nog met 68 kilometer per uur de al stilstaande personenauto van het slachtoffer schampte. “De verdachte remde pas een seconde vooraf,” aldus de officier. “Hij moet de rem- en alarmlichten hebben kunnen zien.” K. ontkende dit en zei dat hij op het moment van de aanrijding deze lichten niet had gezien, omdat hij op zijn telefoon zat.
Toen de rechters door hun vragen aan K. heen waren, gebruikten twee familieleden van het slachtoffer hun spreekrecht. De moeder van het slachtoffer was erg geëmotioneerd: “Waarom was je niet aan het opletten? Wat heb je in die anderhalve minuut gedaan? Het kan niet zo zijn dat je andere mensen niet zag remmen,” begon ze. “Je bent beroepschauffeur, je moet beter weten. Was het appje nu zo belangrijk op het moment dat je mijn zoon aanreed?” Ook de zus van het slachtoffer kwam aan het woord. “Je bent chauffeur en kent de gevaren. Je weet wat een moment van onoplettendheid kan aanrichten.” K., die zenuwachtig aan zijn ketting friemelde, nam de woorden van de familie tot zich.
De officier eiste een celstraf van acht maanden, waarvan de helft voorwaardelijk, en een rijontzegging van drie jaar, waarvan twee voorwaardelijk. De rechter ging hier dus niet in mee en veroordeelde de verdachte tot een taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke rijontzegging van een jaar.
