Door Melle Versluis, 8 mei 2025
GRONINGEN – Het Openbaar Ministerie eist negen jaar cel tegen Deniz V., de man die op 3 oktober een vrouw in haar rug schoot in een café in de Groningse wijk Vinkhuizen. V. heeft zich vandaag tijdens de rechtszitting in tranen uitgesproken over zijn daden. “Ik schaam me diep. Ik was dronken, verdrietig. Ik weet niet wat me bezielde”, verklaart hij. De officier van justitie vindt dat iemand die zoiets doet het verdient om langere tijd uit de maatschappij te verdwijnen.

V. verklaart dat hij een ‘domme grap’ wilde uithalen en het slachtoffer alleen wilde laten schrikken. “Als ik nuchter was geweest, had ik dit nooit gedaan.” De verdachte zegt zich door een combinatie van alcohol en drugs niet te kunnen herinneren wat er precies is gebeurd. Hij spreekt van een ‘nachtmerrie’.
Het slachtoffer en de verdachte hebben elkaar één keer eerder ontmoet tijdens een festival. Het incident gebeurde na een praatje van V. met het slachtoffer in café Het Vinkennest. De verdachte verklaart relatieproblemen te hebben en zich nog één keer kapot te willen zuipen. Hij zou zijn verdriet bij het slachtoffer hebben geuit. Daarna fluisterde hij in haar oor: “Zal ik jou anders neerschieten?”, nadat hij eerder had gezegd dat hij zin had om mensen door het hoofd te schieten. Volgens getuigen en beelden – die meteen rond gingen op het internet – liep V. na het incident rustig weg.
De verdachte verklaart het wapen gevonden te hebben bij een dragrace in Lelystad, samen met een zakje kogels, dat volgens hem al die tijd geladen was. ‘’Later wilde ik het weggooien, maar ik had een soort midlifecrisis’’. Op zijn telefoon werden tientallen foto’s van het wapen aangetroffen. Volgens V. ging het om een museumstuk waarbij hij pas later ontdekte dat het ‘rommel’ was. De rechter reageert verbaasd: “Waarom neem je een geladen wapen mee als het rommel is?”
‘’Het was zo’n aardige vrouw’’
Het slachtoffer werd na het schietincident met spoed naar het ziekenhuis gebracht en onderging een zeven uur durende operatie. Haar nieren, eileiders en zenuwen bleken beschadigd, waarna ze een maand in het ziekenhuis lag. De rechter vraagt V. of hij nog naar haar toestand had geïnformeerd, waarbij er een lange stilte valt.
Het slachtoffer wordt tijdens de zitting apart binnen geleid voor haar spreekrecht. Huilend verklaart ze: ‘’ 3 oktober is de dag dat je mijn leven en m’n kinderen hun leven op z’n kop hebt gezet. Je hebt zonder na te denken ons leven kapot gemaakt.’’ Het slachtoffer verklaart verder een posttraumatische stressstoornis te hebben opgelopen en niet meer naar buiten te durven. ”Als je een echte man zou zijn, zou je alles bekennen, dat doe je niet. Ik hoef je nep excuses niet, ik hoop dat je alles krijgt wat je verdient, je hebt meer dan genoeg schade aangericht.’’
Volgens V. ging het wapen per ongeluk af, iets wat de officier van justitie niet gelooft. V. zegt niks meer te weten, maar noemde het slachtoffer in eerdere verhoren wel arrogant. De officier van justitie vraagt of hij dronken was of precies wist wat hij deed, wat volgens de OvJ niet samengaat. De OvJ vindt dat V. selectieve punten niet meer weet.
De advocaat van V. zegt in zijn pleidooi nauwelijks in verweer te willen gaan, maar geeft wel aan te geloven dat zijn cliënt bepaalde dingen niet meer weet. ‘’Een vuurwapen kan snel afgaan in de handen van iemand die onder invloed is. Beter had hij zichzelf verwond, dat is niet zo en dat is ernstig.’’ De advocaat geeft verder aan dat V. oprecht is in zijn berouw en dat hij in de toekomst in een persoonlijk gesprek zijn excuus wil maken, waarna mensen op de tribune cynisch beginnen te lachen.
De advocaat vraagt om een lagere celstraf van zes jaar en een kortere behandeling. De spanningen in de zaal lopen op als een man op de tribune zich ermee bemoeit: ‘’En als het jouw vrouw zou zijn dan, klootzak!’’. waarbij de advocaat zich cynisch afvraagt of hij straks veilig de zaal kan verlaten.
De reclassering twijfelt of V. nog kan terugkeren in de maatschappij. Eerdere hulptrajecten mislukten, en er bestaat twijfel of er meer speelt dan alleen middelengebruik. De psycholoog, die niet aanwezig kan zijn, ontkent psychische stoornissen. Toch adviseert de reclassering een klinische behandeling. V. zegt daaraan mee te willen werken.
De rechtbank doet uitspraak op 22 mei.